donderdag 28 april 2011

Troubadourtje spelen: Johnny Flynn en Hannah Peel

‘Lay down your fiddle young Willy
Lay down your fiddle and pray
That the world has begun with the birth of the sun
And it’s death the very same day’

Uit wat voor zwaarmoedig brein zou bovenstaande songtekst zijn voortgekomen? Een pessimistische folkzanger uit de jaren veertig? Een sociaal geïsoleerde predikant uit het Appalachengebergte?
Maar nee. Deze woorden zijn geschreven en gezongen door Johnny Flynn, een 28-jarige knaap die werd geboren in Zuid-Afrika en opgroeide in Engeland. Vlasblond haar heeft ie, een snoetje waar een modefotograaf mee zou kunnen werken, en nog een acteercarrière ook (zo speelde Flynn de hoofdrol in de (Engelstalige) verfilming van Thea Beckmans Kruistocht In Spijkerbroek).
En hij maakt muziek, dus. De ‘posterboy’ van de nieuwe folkbeweging, doopteThe Guardian hem, tot zijn grote ergernis.



Ik weet verder weinig over Johnny Flynn, en ik wil ook de donkere kant van het opgroeien in Engeland zeker niet bagatelliseren. Toch durf ik te wedden dat Flynn niet is opgevoed door godsdienstwaanzinnige stokers van illegale whisky, of op zijn twaalfde bij de grote vaart is gegaan en de wereld heeft gezien, of stomdronken heeft geslapen in schemerige herbergen, waar hij werd beroofd door een kwakzalver met gladde praatjes. Zover mijn kennis reikt, zijn dat soort belevenissen toch redelijk zeldzaam in de levens van moderne Britse jongeren.
Wat beweegt Flynn dan precies, om teksten te schrijven die klinken alsof ze uit een schimmig, duister verleden afkomstig zijn?
En de teksten zijn dan nog één ding: de muziek op Been Listening, de plaat die hij vorig jaar uitbracht met zijn bandje The Sussex Wit, is al niet veel hipper. Het klankbeeld is rommelige, ambachtelijke folk en americana, ingekleurd met stemmige trompetten en violen (meestal gespeeld door de verrassend kundige Flynn zelf).
Er is, al met al, weinig moderns aan: Been Listening had vijftig jaar geleden precies zo gemaakt kunnen worden.



Soms gaat Flynn ook echt te ver met die oude folkthema’s. Het liedje Agnes, bijvoorbeeld, opent met de volgende woorden:

‘I’ve learned a little bit
I’ve lost an awful lot
I know 10,000 people
And the best of the best I’ve forgot’

Toegegeven, hij komt nog redelijk weg met zulke passages, omdat zijn zangstem niet al te gepolijst klinkt. Toch denk ik bij zo’n tekst al gauw: kom op man, je bent 28 jaar oud! Ga liedjes zingen over stiekem meisjes filmen met je iPhone, ofzo! Stel je niet aan!

Johnny Flynn


Er is toch een soort dogma, dat kunst altijd authentiek of realistisch zou moeten zijn. Terwijl natuurlijk niet alle muziek met fictieve teksten sprookjesmetal of melige feestmuziek is. Een vaag punkidee bestaat dat muzikanten automatisch nep of pretentieus zijn, als ze niet zingenover hun eigen leven.
John Lennon is een voorbeeld van iemand die heel erg ver ging in zijn streven naar dit soort authenticiteit. In de nadagen van The Beatles, onder invloed van Yoko Ono, begon hij te geloven in de filosofie dat een kunstenaar alleen maar iets kon of mocht zeggen over zichzelf, want dat is uiteindelijk het enige waar je verstand van hebt. De liedjes die hij daarna schreef voor de latere Beatlesplaten, en tijdens het grootste deel van zijn solocarrière, werden daarom zo directe en autobiografisch, dat het af en toe verviel tot egocentrisch gebazel (Zoals hier).
In de moderne popmuziek heb je natuurlijk een stroming als hiphop, met de obsessie van veel rappers voor ‘keepin’ it real’. In de rock heb je mensen als Alex Turner van The Arctic Monkeys, die schrijft, of schreef, over uitgaan met zijn vrienden, kotsende tieners, goddelijke maar onbereikbare meisjes en de domme dingen die je doet als je in de disco staat met te veel bier in je mik. Een directe weergave van de huidige jeugdcultuur, zo uit het leven gegrepen als het kan zijn.

Zo niet Flynn, dus. Johnny Flynn hoort bij een nieuwere lichting. Een lichting van jonge Britse muzikanten, die het juist cool vinden om allerlei ouderwetse invloeden uit de Europese en Amerikaanse folk te gebruiken. Die het liefst teksten schrijven die bijna of helemaal losstaan van de snelle, hippe, directe stijl waarin jongeren geacht worden zich uit te drukken.
De andere vaandeldragers van deze scène kennen we ook wel: Mumford and Sons, Noah And The Whale (behalve hun laatste plaat), en Laura Marling. Die laatste zingt trouwens mee op Been Listening, op het fraaie duet ‘The Water’.



Maar geen van deze nieuwe Engelse folkacts drijft deze verslaving aan archaïsche thema’s zo ver door als Johnny Flynn. Been Listening is soms bijna belachelijk, een pastiche, een plaat gemaakt door hippe kinderen die folktroubadourtje naspelen. Opgegroeid tussen stromend water en internet, maar liedjes zingend over zelfgestookte drank en rivierboten. En die liedjes verkopen ze dan weer via iTunes.  

Die zweverige hang naar het verleden stoort me wel een beetje, eerlijk gezegd. En toch, ondanks alles, vond ik Been Listening een van de betere platen van 2010. Wie door de licht geforceerde folkpose heen luistert, krijgt namelijk elf liedjes die je na een paar luisterbeurten één voor één beginnen in te pakken. Liedjes die je nog maandenlang blijven betoveren en ontroeren, zoals het titelnummer, Barnacled Warship of Howl. De muzikale inkleuring van de plaat is verzorgd maar eigenzinnig, en bevat meer aandacht voor sfeer en detail dan je bij de eerste keer horen zou denken.
Het is, om een lang verhaal kort te maken, een erg goed album, ondanks het betrekkelijke onzingehalte van sommige teksten. Dus wie weet? Een getalenteerde muzikant kan er misschien wel gewoon mee wegkomen, met dat troubadourtje spelen.

Een liedje waar ik de laatste weken erg verslaafd aan ben is Song For The Sea van Hannah Peel. Ook een liedje dat tekstueel en muzikaal klinkt alsof een ziel zich helemaal door de middeleeuwen en de Amerikaanse frontier heeft gesleept, om uiteindelijk uit te komen in het lichaam van -in dit geval- een Jonge Britse vrouw.
Ik weet van Hannah Peel nog minder dan van Johnny Flynn, maar ik gok dat ze niet in een vervallen houten huisje op een stormachtig eiland woont, zoals haar muziek doet vermoeden. De kans is groter dat ze woont in een studio in Londen, een iPad bezit en in dezelfde klas van de popopleiding heeft gezeten als Amy Winehouse. Maar ach ja, aan het einde van de dag, als de zon ondergaat over de prairie, is het in de eerste plaats gewoon een erg fraai liedje.



Spotifylinks:
Johnny Flynn – Been Listening
Hannah Peel – The Broken Wave

Geen opmerkingen:

Een reactie posten